Trauma en geheugen ”Hoe brein en lichaam traumatische ervaringen levend houden” van Peter A. Levine 

In ‘Trauma en geheugen’ buigt succesvol schrijver dr. Peter Levine (ontwikkelaar van de ‘somatic experiencing’-methode) zich over een van de lastigste en meest controversiële vraagstukken binnen de traumatherapie: kunnen wij ons geheugen vertrouwen? Sommigen beweren dat traumatische herinneringen onbetrouwbaar en onbruikbaar zijn, anderen stellen daarentegen dat we ons op het geheugen moeten verlaten om ervaringen uit het verleden begrijpelijk te krijgen. Dr. Levine voert op grond van zijn 45 jaar ervaring met het behandelen van trauma aan dat er in beide opvattingen elementen van waarheid schuilen. Hij erkent dat het geheugen kan worden vertrouwd, maar stelt dat de enige werkelijk nuttige herinneringen de herinneringen zijn die in het lichaam zijn opgeslagen en niet per se toegankelijk zijn voor onze bewuste geest. 

Terwijl in traumatherapie vaak wordt gewerkt met ‘expliciete’ traumatische herinneringen (zoals opdringerige gedachten en flashbacks), wordt er aanzienlijk minder aandacht besteed aan de manier waarop het lichaam ‘impliciete’ herinneringen opslaat en het feit dat veel van wat wij als ‘herinneringen’ beschouwen tot ons komt via ons interoceptief lichamelijk gewaarzijn. Als we meer grip krijgen op dit complexe samenspel tussen verleden en heden, hersenen en lichaam, kunnen we onze relatie tot trauma uit het verleden bijstellen en overgaan tot een evenwichtiger, ontspannener manier van zijn waarbij we ons meer compleet voelen.

Trauma en geheugen’ is geschreven voor zowel hulpverleners binnen de geestelijke gezondheidszorg als voor mensen die aan trauma lijden. Het biedt een geheel nieuwe kijk op de manier waarop ons geheugen wordt gevormd en hoe groot de invloed van herinneringen is op ons leven van nu.

Dr. Peter A. Levine heeft zowel een graad in de medische biofysica als in de psychologie. Als consulent op het terrein van stress is hij verbonden geweest aan de NASA bij de ontwikkeling van het spaceshuttle-project en is hij lid geweest van de ‘Task Force of Psychologists for Social Responsibility’ van het Institute of World Affairs, voor het ontwikkelen van actieplannen bij grootschalige rampen en etno-politieke oorlogen. Levines bestseller ‘De tijger ontwaakt: traumabehandeling met lichaamsgerichte therapie’ is in vierentwintig talen vertaald, waaronder het Nederlands (Uitgeverij Altamira).

Traumasporen ”Het herstel van lichaam, brein en geest na overweldigende ervaringen” van Bessel van der Kolk   

Dit diepmenselijke boek geeft een verhelderend inzicht in de oorzaken en gevolgen van trauma, en biedt hoop en duidelijkheid voor iedereen die de verwoestende effecten van traumatische ervaringen heeft leren kennen. Trauma is een van de grootste gezondheidsproblemen van deze tijd, niet alleen vanwege zijn uitwerking op slachtoffers van ongelukken en misdrijven, maar vooral ook vanwege de vaak minder zichtbare tol die huiselijk geweld, seksueel misbruik, mishandeling, verwaarlozing en verslaving eisen.

Op basis van ruim dertig jaar onderzoek en klinische ervaring in de voorhoede van zijn vakgebied, toont prof. dr. Bessel van der Kolk hoe de angst en het isolement in de kern van het trauma letterlijk veranderingen aanbrengen in [0]zowel de hersenen als het lichaam[0]. Hij verklaart waarom getraumatiseerde mensen steeds weer gekweld worden door onbegrijpelijke angst, gevoelloosheid en onbeheersbare woede, en hoe trauma hun vermogen om zich te concentreren, zich te herinneren, vertrouwensrelaties aan te gaan en zich thuis te voelen in hun eigen lijf negatief beïnvloedt. Doordat ze de controle over zichzelf hebben verloren en gefrustreerd zijn geraakt door eerdere vergeefse behandelingen, zijn ze vaak bang dat ze onherstelbaar zijn beschadigd.

Traumasporen beschrijft op inspirerende wijze hoe een groep therapeuten en wetenschappers – samen met hun moedige patiënten – heeft geworsteld om nieuwe ontwikkelingen op het gebied van hersenwetenschappen, gehechtheidsonderzoek en lichaamsbewustzijn te integreren tot behandelingen waarmee getraumatiseerde mensen bevrijd kunnen worden van de tirannie van het verleden. Gebaseerd op het reguleren en synchroniseren van lichaam en geest door middel van yoga, mindfulness, EMDR, neurofeedback, theater en andere methoden, laat hij nieuwe wegen naar herstel zien, waarbij stap voor stap het vermogen wordt herwonnen om ‘te weten wat je weet en te voelen wat je voelt’. Bovendien creëren ze ervaringen die rechtstreeks ingaan tegen de machteloosheid en onzichtbaarheid die gepaard gaan met trauma, waardoor zowel volwassenen als kinderen weer zeggenschap over hun eigen lichaam en hun eigen leven kunnen krijgen.

Prof. dr. Bessel van der Kolk werkt al meer dan dertig jaar met getraumatiseerde mensen, is een baanbrekend onderzoeker en is een van ’s werelds meest vooraanstaande deskundigen op het gebied van traumagerelateerde stress. Hij is de oprichter en medisch directeur van het Trauma Center in Brookline, Massachusetts, VS. Daarnaast is hij professor in de psychiatrie aan de medische faculteit van de universiteit van Boston en directeur van het National Complex Trauma Treatment Network. Hij geeft les over de gehele wereld.

Sensorimotor Psychotherapy ”Interventies voor traumaverwerking en het herstel van gehechtheid” van Pat Ogden

Lichaamsintelligentie is veelal nog een onontgonnen terrein in de psychotherapie. Toch is het verhaal dat verteld wordt door de ‘somatische getuigenis’ – gebaren, lichaamshouding, manier van spreken, gezichtsuitdrukkingen, de blik in de ogen en de bewegingen van het lijf – misschien wel belangrijker dan het verhaal in woorden. De taal van het lichaam onthult de erfenis van trauma en van vroegkinderlijke of vergeten dynamieken met hechtingspersonen. Door het lichaam een duidelijke plaats te geven in de therapeutische benadering, krijgt de cliënt een belangrijk middel aangereikt om tot zelfkennis en verandering te komen.

Dit boek – geschreven voor therapeuten en cliënten om gezamenlijk te bestuderen – biedt een praktische handleiding tot de taal van het lichaam. Het begint met een uitleg aan therapeuten en cliënten over hoe zij dit boek het best kunnen gebruiken, gevolgd door een toelichting op de rol van de hersenen en het gebruik van mindfulness. Daarna gaat het boek verder in drie delen die gebaseerd zijn op een gefaseerde therapiebenadering. Eerst wordt aandacht besteed aan het ontwikkelen van persoonlijke – met name somatische – hulpmiddelen; vervolgens wordt besproken wat de systematische opbouw is bij een somatische benadering van het geheugen, en ten slotte worden de invloed van gehechtheid op het procedureel leren, de emotionele vooringenomenheid en de cognitieve vertekeningen behandeld. De hoofdstukken beginnen met een inleiding voor de therapeut over het toepassen van de stof in de klinische praktijk. Daarnaast bevat elk hoofdstuk werkbladen voor cliënten om hen te helpen om zich het materiaal op een persoonlijk niveau eigen te maken.

De concepten, interventies en werkbladen zijn bedoeld als aanvulling op andere behandelmethoden en niet zozeer als een zelfstandige behandeling. Door het aanboren van de therapeutische relatie en het aanpassen van de interventies aan de specifieke behoeften van iedere cliënt, kan er zorgzame aandacht worden gegeven aan wat er door het lichaam ónder de woorden wordt gezegd. Dit versterkt niet alleen de nabijheid en het vertrouwen tussen de therapeut en de cliënt, maar helpt ook om verandering mogelijk te maken in de diepste lagen van het zelf.

Pat Ogden (VS), PhD, is een pionier op het gebied van somatische psychologie en de oprichter/onderwijsdirecteur van het Sensorimotor Psychotherapy Institute: een internationaal erkend opleidingsinstituut dat gespecialiseerd is in de behandeling van trauma.

Janina Fisher (VS), PhD, is bevoegd klinisch psycholoog, adjunct-onderwijsdirecteur van het Sensorimotor Psychotherapy Institute, docent aan het Trauma Center en voormalig docent aan de medische faculteit van Harvard Medical School.

Innerlijke zelfvervreemding overwinnen na trauma ”Het onderscheiden en verenigen van persoonlijkheidsdelen” van Janina Fisher  

In ‘Innerlijke zelfvervreemding overwinnen na trauma’ combineert Janina Fisher actuele neurobiologische kennis over trauma, dissociatie en gehechtheid met een praktische benadering voor de behandeling daarvan. In duidelijke bewoordingen die toegankelijk zijn voor zowel de cliënt als de therapeut, stelt ze een behandelmodel voor dat de nadruk legt op ‘verwerking’ – een omvorming van de relatie tot het zelf, waarbij schaamte, zelfverachting en aannames van schuld vervangen worden door compassievolle acceptatie. De unieke interventies die Fisher gebruikt zijn afgeleid van verschillende vooraanstaande therapeutische benaderingen, waaronder Sensorimotor Psychotherapy, Internal Family Systems Therapy, mindfulnessgerichte therapieën en klinische hypnose.

‘Innerlijke zelfvervreemding overwinnen na trauma’ geeft inzicht in de therapeutische benaderingen voor traumatische gehechtheid, het werken met ongediagnosticeerde dissociatieve symptomen en aandoeningen en de integratie van verschillende behandelmethoden ter bevordering van de communicatie ‘van rechterhersenhelft naar rechterhersenhelft’. Bovenal worden technieken en handvatten aangereikt om een innerlijk gevoel van veiligheid te ontwikkelen en een compassievolle verbinding tot stand te brengen met zelfs die delen van het zelf die het meest ontkend of weggehouden worden.

Janina Fisher (VS), PhD, is adjunct-onderwijsdirecteur van het Sensorimotor Psychotherapy Institute, consultant voor de EMDR International Association (EMDRIA) en voormalig docent aan het Trauma Center, een kliniek en onderzoekscentrum dat is opgericht door Bessel van der Kolk. Zij is vermaard om haar expertise als clinicus, auteur en spreker en was eerder voorzitter van de New England Society for the Treatment of Trauma and Dissociation, docent aan Harvard Medical School.

Behandeling van traumagerelateerde dissociatie ”Een praktische integratieve benadering” van Kathy Steele

Over de hele wereld hebben behandelaars van cliënten met dissociatieve klachten dezelfde vragen en worstelen ze met vergelijkbare uitdagingen. Dit boek bespreekt uitvoerig wat dissociatie is en hoe deze behandeld zou kunnen worden. Beschreven wordt waarop de nadruk gelegd kan worden bij het aanvangen van een complexe therapie, hoe cliënten geholpen kunnen worden om innerlijke en externe veiligheid te gaan ervaren, hoe de therapeut systemisch kan werken, hoe cliënten geholpen kunnen worden om traumatische herinneringen te integreren en wat te doen als de cliënt in woede ontsteekt, vermijdend gedrag vertoont of niet in staat is om de therapeut te vertrouwen.

Bijzondere aandacht is er voor de wijze waarop de therapeut zich effectief en compassievol kan verhouden tot de cliënt. De besproken innovatieve, compassievolle behandelmethoden zijn gebaseerd op de samenwerking tussen cliënt en therapeut en worden geschraagd door de nieuwste onderzoeken op het gebied van gehechtheid en psychologie.

Kathy Steele MN, CS is de klinisch directeur van Metropolitan Counseling Services, een opleidings- en psychotherapiecentrum in Atlanta (VS), en doceert op projectbasis aan de, eveneens in Atlanta gelegen, Emory University. Zij is voormalig voorzitter van de International Society for the Study of Trauma and Dissociation (ISSTD) en is meerdere malen onderscheiden voor haar klinische werk en publicaties.

Dr. Suzette Boon is klinisch psycholoog en psychotherapeut. Ze heeft een eigen praktijk en geeft les door heel Europa over de diagnose en behandeling van dissociatieve stoornissen. Ze is medeoprichter en voormalig voorzitter van de European Society for Trauma and Dissociation (ESTD) en heeft meerdere onderscheidingen ontvangen voor haar werk.

Prof. dr. Onno van der Hart werkte als psycholoog en psychotherapeut aan enkele GGZ-instellingen en is emeritus hoogleraar psychopathologie van chronische traumatisering aan de Universiteit Utrecht. Hij is voormalig voorzitter van de International Society for Traumatic Stress Studies (ISSTS). Meermalen is hij onderscheiden voor zijn werk.

Ontwikkelingstrauma helen ”De invloed van vroegkinderlijk trauma op zelfregulatie, zelfbeeld en het vermogen tot relaties” van Laurence Heller

Hoewel mensen ogenschijnlijk lijden aan ontelbare emotionele problemen, kunnen de meeste hiervan volgens Laurence Heller en Aline LaPierre worden teruggeleid naar vijf biologische basisprincipes: de behoefte aan verbinding, afstemming, vertrouwen, autonomie, en liefde en seksualiteit. Ze beschrijven hoe we in reactie op vroegkinderlijk trauma en een niet-toereikende vervulling van deze behoeften in de kindertijd overlevingsstrategieën ontwikkelden, die onze ervaringen in het heden vervormen en leiden tot fragmentatie en vervreemding. Ons vermogen tot verbinding met onszelf en anderen is beschadigd geraakt en de hieruit voortvloeiende verminderde levenskracht en levendigheid is de verborgen dimensie die ten grondslag ligt aan de meeste psychische en veel fysieke problemen.

Heller en LaPierre introduceren het NeuroAffective Relational ModelTM (NARM), waarin een niet-traditionele benadering van psychodynamische en lichaamsgerichte psychotherapie en het werken met identiteit worden gecombineerd. Bottom-up- en top-downbenaderingen worden geïntegreerd om het zenuwstelsel te reguleren en identiteitsverstoringen zoals lage eigenwaarde, schaamte en chronische zelfveroordeling die het gevolg zijn van relationeel en ontwikkelingstrauma op te lossen. NARM legt de nadruk op werken in het huidige moment, waarbij de focus ligt op het aanwenden van eigen kracht, hulpbronnen en het herstelvermogen – zonder het verleden te negeren – om zo de ervaring van verbinding te integreren die de fysieke en psychische gesteldheid en het vermogen tot het aangaan en onderhouden van relaties ondersteunt.

‘In ons allemaal is een spontane beweging naar verbinding, gezondheid en levendigheid. Ongeacht hoe teruggetrokken en geïsoleerd we zijn geraakt of hoe ernstig het trauma is dat we hebben opgedaan, op het diepste niveau, net zoals een plant spontaan naar het zonlicht beweegt, is er in ons allemaal een impuls om naar verbinding en heling te bewegen. Deze organische impuls is de brandstof voor de NARM-benadering.’

Laurence Heller, PhD, was betrokken bij de oprichting van het Gestalt Institute in Denver, is faculteitslid geweest van een aantal grote universiteiten en is een van de meest ervaren medewerkers van het Somatic Experiencing® Training Institute. In heel Europa en de Verenigde Staten geeft hij les bij de opleidingen in NARM en Somatic Experiencing®.

Aline LaPierre, PsyD, is oprichter en directeur van The NeuroAffective Touch® Institute. Na tien jaar lang faculteitslid te zijn geweest bij het doctoraatsprogramma Somatische Psychologie bij het Santa Barbara Graduate Institute is ze nu adjunct-redacteur van het International Body Psychotherapy Journal en vicevoorzitter van de United States Association for Body Psychotherapy. Ze is klinisch psycholoog, auteur, kunstenaar, docent en heeft een zelfstandige praktijk in Los Angeles.

Herbergen van verlies ”Thuiskomen in het land van rouw” van Riet Fiddelaers-Jaspers

De tocht naar de herberg. 
In dit boek word je als lezer meegenomen op de tocht door het rouwlandschap na een ingrijpend verlies. Mensen zijn op zoek naar een plek waar hun verhaal verteld én gehoord kan worden. Ze dragen een rugzak met zich mee die zowel gevuld is met (verlies) ervaringen als herinneringen maar ook met diep weggestopte schatten. Om het leven weer te kunnen omarmen, is het nodig de inhoud van de rugzak uit te pakken en opnieuw te bekijken. Zo kunnen we thuiskomen in het Land van Rouw.

Onmisbaar handboek voor de begeleider. 
In dit handboek worden belangrijke thema’s rond verlies en rouw diepgaand uitgewerkt. Zoals hechting als basisgereedschap voor rouw, de verliesstapel, de splitsing van de ziel en het venster van verduren. Systemisch werken vormt hierbij een belangrijke leidraad De auteurs delen niet alleen hun (persoonlijke) ervaring, kennis en visie maar ook vele werkvormen met de lezer.

Met mijn ziel onder de arm ”Tussen welkom heten en afscheid nemen” van Riet Fiddelaers-Jaspers

In dit boek wordt duidelijk hoe onlosmakelijk liefde en rouw met elkaar verweven zijn. Wie liefheeft, neemt het risico van verlies erbij. Want zonder rouw gaat het niet. Rouwen doen we niet alleen bij een verlies door de dood maar ook bij een verlies door echtscheiding, van werk, een ideaal of je thuisland. Aan de hand van stappen in de verliescirkel neemt Riet Fiddelaers-Jaspers de lezer mee op verkenning door het rouwlandschap. Haar rijke ervaring blijkt uit de voorbeelden uit de dagelijkse praktijk die ze beschrijft. Dat maakt dat dit boek makkelijk leesbaar is en je als lezer diep kan raken.

Verlies in Beeld 1 – Verlies in Beeld ”Therapeutisch werken met poppetjestaal bij verlies” van Riet Fiddelaers-Jaspers  

Voor ingrijpende verlieservaringen zijn vaak geen worden beschikbaar; elk verhaal dat hierover verteld kan worden schiet tekort. Bessel van der Kolk, traumadeskundige bij uitstek, zegt dan ook dat een traumatische ervaring preverbaal is en geen woorden kent.
De verbeelding echter kan helpen om gebeurtenissen en ervaringen te ontvouwen. ‘Poppetjestaal’ is een methodiek waarbij mensen met traumatische verlieservaringen deze ervaring weer aan kunnen kijken zonder het risico op hertraumatisering. 
Het is een werkwijze die leeftijdsloos is, en gebruikt kan worden bij mensen die weinig talig zijn, maar ook bij mensen die juist zeer verbaal zijn en daardoor meer in hun hoofdkantoor huizen dan in hun lijf.
Het boek combineert theoretische achtergronden, methodieken en casuïstiek. Riet Fiddelaers-Jaspers neemt de lezer bij de hand mee in deze werkwijze waarbij foto’s de tekst duidelijk illustreren.

Stapeltjesverdriet ”Een onderzoek naar de invloed van verlies op zeer jonge leeftijd” van Sabine Noten

Sabine Noten laat in Stapeltjesverdriet zien hoe groot de invloed kan zijn van zeer jong verlies. Op basis van dertig diepte-interviews met volwassen mannen en vrouwen die als (ongeboren) baby of kind (tot en met vier jaar) -en in hun latere leven nogmaals- een groot verlies meemaakten, laat de auteur zien wat jonge kinderen nodig hebben bij een verlies en geeft ze hier richtlijnen voor. Tevens beschrijft ze haar systemische manier van kijken en werken met stapeltjesverdriet. Na het lezen van dit boek denk je nooit meer: Ach, ze zijn nog zo klein, ze groeien er wel overheen. Dit boek is niet alleen onmisbaar voor iedereen die met jonge kinderen en hun verlies te maken heeft maar ook voor volwassenen die op jonge leeftijd een ingrijpend verlies ervaren hebben. Riet Fiddelaers-Jaspers Het boek laat zich lezen als een intiem gesprek met de ziel van mensen die als jong kind verlies hebben ervaren. Margriet Wentink Op de site van Sabine Noten kan je lezen dat de term stapeltjesverdriet geboren is in haar eindwerkstuk voor de opleiding Systemisch Werk en Lichaamswerk. Werken met stapeltjesverdriet is in feite een systemische kijk op verlaat verdriet. Gezien dit naadloos aansluit bij ons werk willen we jullie dit boek zeker niet onthouden! 

Coachen waar het pijn doet ”begeleiden naar heelheid bij trauma” van Ien G.M. van der

Coaches en andere begeleiders krijgen steevast te maken met angst, onrust, onderdrukte emoties en gedragspatronen van cliënten die voortkomen uit hoe zij zich in hun vroegste jeugd hebben aangepast. En met de stress en oververmoeidheid die dit met zich meebrengt. Coachen waar het pijn doet geeft professioneel begeleiders inzicht, kennis en kunde voor het werken met de effecten van traumatische gebeurtenissen. Kern van het boek is de Identity-oriented Psychotrauma Therapy (IoPT) van dr. Franz Ruppert, een methode die helpt bij het herstellen van psychische fragmentatie en bij het ervaren van veiligheid, vertrouwen, verbondenheid, intimiteit, autonomie en zingeving. Kortom: bij het herstellen van de breuken tot een prachtig geheel.
Ien G.M. van der Pol is oprichter van Alba-academie en heeft zich gespecialiseerd in vroegkinderlijk trauma en de gevolgen daarvan voor iemands leven, lichaam en geest. Eerder schreef zij onder andere het veelgebruikte standaardwerk Coachen als professie.

EMDR bij complex trauma en dissociatie ”De progressieve benadering” van Anabel Gonzalez

EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) werd oorspronkelijk ontwikkeld als behandeling voor een posttraumatische-stressstoornis ontstaan na enkelvoudig trauma, zoals een ongeluk of natuurramp. De verschillende fasen van het EMDR-protocol zijn dan relatief eenvoudig te doorlopen. De toepassing van de standaard EMDR-aanpak blijkt echter een stuk ingewikkelder als het om cliënten met complex (vroegkinderlijk) trauma gaat. Toch is gebleken dat ook cliënten die emotioneel traumatiserende gebeurtenissen hebben meegemaakt binnen hun vroegste gehechtheidsrelaties, baat kunnen hebben bij een behandeling met EMDR.
In dit boek worden de basistechnieken beschreven die therapeuten kunnen helpen om ook bij ernstigere gevallen van trauma (inclusief complex trauma, dissociatieve stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen) adequaat EMDR te kunnen toepassen. Uitgewerkt wordt hoe EMDR in de behandeling kan worden geïntegreerd en welke variaties op de traditionele aanpak van EMDR nuttig kunnen zijn. Hierbij worden relevante begrippen uit de gehechtheidstheorie en recente onderzoeksbevindingen op het gebied van neurologische ontwikkeling samengebracht, waardoor een omvattend model ontstaat dat als leidraad kan dienen voor het toepassen van EMDR bij complex trauma en aan trauma gerelateerde dissociatie.
Anabel Gonzalez is als psychiater en psychotherapeut werkzaam in de geestelijke gezondheidszorg en heeft daarnaast een eigen praktijk. Ze is EMDR-therapeut, -consultant en -facilitator. Als vicevoorzitter is ze verbonden aan de Spaanse EMDR-vereniging en ze is bestuurslid van de European Society for Trauma and Dissociation (ESTD).
Dolores Mosquera is psycholoog, psychotherapeut en EMDR Europe-consultant en -facilitator. Als directeur is ze verbonden aan het Institute for the Study of Trauma and Personality Disorders (INTRA-P). Daarnaast is ze bestuurslid van de European Society for Traumatic Stress Studies (ESTSS). Ze staat bekend als een expert op het gebied van persoonlijkheidsstoornissen, complex trauma en dissociatie.

Trauma en het lichaam ”Een sensomotorische benadering van psychotherapie” van Pat Ogden 

Traumatische ervaringen roepen allerlei ingrijpende sensomotorische reacties op (intrusieve beelden, geluiden, geuren, lichaamssensaties, fysieke pijn, verkramping, verdoofdheid). Een effectieve behandeling vraagt dan ook om een holistische geest-lichaambenadering. Door de theorie en techniek van traditionele gesprekstherapeutische methoden te bundelen met lichaamsgeoriënteerde (ofwel sensomotorische) psychotherapie, heeft Pat Ogden, pionier op het gebied van somatische psychologie, samen met haar medeauteurs voor een doorbraak in de behandeling van trauma gezorgd. Met haar grote kennis van zaken legt ze uit hoe je lichaamssensaties en bewegingen kunt inzetten om traumatische wonden te laten genezen.
De auteurs verdelen het boek in twee delen: theorie en behandeling. In het eerste deel ontwikkelen ze het theoretische kader en de onderbouwing van de interventies van Sensorimotor Psychotherapy, gebaseerd op de vakgebieden traumabehandeling, neurowetenschap, gehechtheid, affectregulatie en dissociatie. Ze leggen uit dat traumatische ervaringen de fysiologische en emotionele regulatie van het lichaam ontwrichten en laten zien hoe je kunt werken met verdedigingssystemen, autoregulatiepatronen en adaptieve responsen van het eigen lichaam van de cliënt om die te helpen om weer een gevoelde verbinding met zijn of haar lichaam te krijgen.
Deel twee richt zich op praktische aspecten van de behandeling en beschrijft de specifieke filosofie, technieken en vaardigheden van Sensorimotor Psychotherapy, met casusbeschrijvingen om bepaalde punten binnen klinische situaties te illustreren. In deze hoofdstukken wordt er een driefasige behandelingsbenadering gepresenteerd: (1) het ontwikkelen van somatische hulpmiddelen om te stabiliseren, (2) het verwerken van traumatische herinneringen en (3) het aanleren van somatische integratie. De auteurs geven een zorgvuldige beschrijving van strategieën waarmee cliënten zich bewuster worden van hun eigen lichaam, hun lichaamssensaties leren waarnemen en volgen, en geleidelijk fysieke handelingen kunnen inzetten die zorgen voor zelfredzaamheid en competentie.
Pat Ogden is een pionier op het gebied van somatische psychologie en de oprichter/onderwijsdirecteur van het Sensorimotor Psychotherapy Institute: een internationaal erkend opleidingsinstituut dat gespecialiseerd is in de behandeling van trauma.
Kekuni Minton is medeoprichter en sinds 1993 ook opleider van het Sensorimotor Psychotherapy Institute. Daarnaast heeft hij een vrijgevestigde praktijk.
Clare Pain is universitair docent bij de vakgroep psychiatrie van de University of Toronto en de Western University. Daarnaast is ze directeur van de Psychological Trauma Clinic van het Mount Sinai Hospital.

Van waanzin naar Wijsheid

Dit boek is een cadeau voor iedereen; het is zeer geschikt voor zowel cliënten als therapeuten. Daarnaast kan het heel behulpzaam zijn voor eenieder die trauma meemaakt in zichzelf of in de omgeving en die daar inzicht in wil krijgen. Het verhaal van Iris laat zien dat een succesvolle individuele traumagenezing mogelijk is. Drs. R. Sangkasaad Taal, psychotherapeut In dit boek vertelt Iris van Zomeren haar indrukwekkende levensverhaal. Een verhaal over een zeer onveilige jeugd met misbruik en mishandeling binnen het gezin, traumatische ervaringen met een pedoseksueel en de verwoestende gevolgen van pesten op school. Ze was nergens veilig. Zij kon alleen overleven door zich op te splitsen in meerdere persoonlijkheden. Na twee extreem heftige ervaringen kwamen de wortels van haar trauma meer en meer bloot te liggen. Ze liet zich hierdoor niet afschrikken en ging de confrontatie aan met haar verleden. Door middel van zeer intensieve therapieën daalde ze samen met haar therapeuten af in de verschillende persoonlijkheden en ontdekte ze wat ze voor haar gedragen hadden, zodat een proces kon ontstaan van integratie en herstel. In dit samen met haar man Erik geschreven boek worden er gaandeweg het verhaal geregeld (spirituele) inzichten aangereikt, waarbij er ook veel aandacht is voor de mechanismes rond trauma en de verschillende therapeutische benaderingen die kunnen helpen bij het oplossen daarvan.

De levende erfenis van trauma transformeren  Een werkboek voor getraumatiseerde mensen en therapeuten

Traumatische ervaringen leiden tot een erfenis van symptomen. Ook als de gebeurtenissen jaren of decennia geleden hebben plaatsgevonden, kan deze erfenis nog springlevend zijn. Van oudsher wordt ervan uitgegaan dat zulke gevolgen verdwijnen wanneer het verhaal over wat er is gebeurd wordt verteld.

Getraumatiseerde mensen hebben echter een heel andere ervaring: het telkens opnieuw vertellen van het verhaal over wat er met hen is gebeurd, zorgt vaak voor een heractivering van hun traumaresponsen, zodat ze eerder overspoeld raken dan het trauma verwerken. Getraumatiseerde mensen kunnen hun ervaringen pas transformeren zodra ze begrijpen dat hun symptomen en reacties normale responsen op abnormale gebeurtenissen zijn. Ze hebben handvatten nodig om te kunnen werken aan de symptomen die hun dagelijkse bezigheden bemoeilijken en een belemmering zijn om een leven na het trauma op te bouwen.

Janina Fisher is een vermaarde traumadeskundige. Ze werkt al ruim veertig jaar met getraumatiseerde mensen, die ze helpt om op koers te blijven terwijl zij hun weg naar heling zoeken. In ‘De levende erfenis van trauma transformeren’ verklaart ze hoe de erfenis van symptomen hen heeft geholpen om te overleven en geeft ze:

– Stap-voor-stapstrategieën die zelfstandig of in samenwerking met een therapeut toe te passen zijn
– Eenvoudige afbeeldingen waarmee getraumatiseerden zelf wijs kunnen worden uit hun verwarrende gevoelens en fysieke reacties
– Werkbladen (ook te downloaden) om te oefenen met vaardigheden die verlichting geven en uiteindelijk helend zijn

Janina Fisher, PhD, is adjunct-onderwijsdirecteur van het Sensorimotor Psychotherapy Institute en voormalig docent aan Harvard Medical School. Ze staat internationaal bekend als deskundige op het gebied van traumabehandeling, is ook de auteur van ‘Innerlijke zelfvervreemding overwinnen na trauma: Het onderscheiden en verenigen van persoonlijkheidsdelen’ en schreef samen met Pat Ogden ‘Sensorimotor Psychotherapy: Interventies voor traumaverwerking en het herstel van gehechtheid’.

Janina laat ons zien dat trauma kan helen door het aanleren van nieuwe gewoonten op het gebied van waarneming en zelfontdekking. Het behandeldoel is niet zozeer het blootleggen van het verleden, maar het genezen van beschadigingen die het gevolg zijn van traumatische ervaringen. Het is een heel toegankelijk werk dat een plaats verdient in de praktijk van elke therapeut.
– Prof. dr. Bessel van der Kolk, auteur van ‘Traumasporen: 

De kracht van gehechtheid  Het innerlijke vermogen ontwikkelen om diepgaande en bestendige relaties aan te gaan

Vanaf onze vroege jeugd ontwikkelen we een eigen gehechtheidsstijl. Alle ervaringen die we opdoen in het contact met onze gehechtheidspersonen zijn medebepalend voor onze relationele blauwdruk, die het sjabloon wordt voor ons emotionele landschap in ons latere leven, onze relaties en hoe we ons over onszelf voelen. Als onze vroege ervaringen warm en veilig zijn en gehechtheidsbreuken worden hersteld, ontwikkelen we een veilige gehechtheidsstijl. Worden onze kinderjaren gekenmerkt door verkeerde afstemming, verwaarlozing of andere traumatische ervaringen, dan zullen we onveilig gehecht raken en verliezen we onze belangrijkste verbindingen – met onszelf, met de fysieke buitenwereld rondom ons en met anderen.

Dr. Diane Poole Heller, pionier op het gebied van de gehechtheidstheorie en traumaverwerking, laat in dit boek zien wanneer gehechtheidswonden ontstaan en hoe we de verbroken verbinding kunnen helen. ‘We hebben allemaal een biologisch voorgeprogrammeerd systeem voor veilige gehechtheid, zelfs als onze jeugd verre van ideaal is geweest’, legt Heller uit. ‘Het is aan ons om uit te zoeken waardoor het wordt gehinderd en hoe we die veilige tendenties sterker kunnen maken.’

Voor herstel is een mededogend inzicht in onze eigen vroegkinderlijke relatiesjablonen essentieel, om vervolgens interventies te gebruiken en corrigerende ervaringen te creëren. Dit boek, dat is gebaseerd op de gehechtheidstheorie en neurowetenschap, helpt ons bij het blootleggen van onze eigen vroegkinderlijke gehechtheidsgeschiedenis. We kijken naar de gevolgen van gehechtheidswonden voor onze volwassen relaties en hoe we meer kunnen genieten van veilige gehechtheid. De vele oefeningen, die ook kunnen worden toegepast in de therapeutische praktijk, kunnen het begin zijn van onze reis naar grotere intimiteit, heelheid en veerkracht en diepgaande, verrijkende relaties.

Dr. Diane Poole Heller is therapeut, auteur en vooraanstaand deskundige op het gebied van Adult Attachment Theory, de Somatic Experiencing®-methode voor traumaverwerking en een synthese van integratieve helingsmethoden.

De polyvagaaltheorie in therapie50 oefeningen voor cliënten Op weg naar veiligheid en verbondenheid

Deb Dana is de belangrijkste vertaler van de polyvagaaltheorie naar de therapeutische praktijk. In dit boek, haar derde over deze baanbrekende theorie, biedt ze therapeuten een rijke selectie aan polyvagaal-bewuste oefeningen aan, die cliënten in en buiten de therapiesessies kunnen doen.

Deze oefeningen helpen cliënten op eenvoudige wijze inzicht te krijgen in de manier waarop hun autonome zenuwstelsel hun dagelijks leven stuurt en vormgeeft. Aan de hand van de principes van de polyvagaaltheorie gaan ze veilig verbinding maken met hun autonome responsen en leren ze op een nieuwe manier door hun dagelijkse ervaringen te navigeren.

De oefeningen zijn ontworpen om gedurende een langere periode geleidelijk te introduceren tijdens de therapiesessies. Daarnaast zijn veel oefeningen uitermate geschikt voor cliënten om buiten de sessies te doen ter bevordering van het therapeutische veranderingsproces.

Dit boek is van essentieel belang voor iedere therapeut die zijn of haar kennis van de polyvagaaltheorie naar een hoger niveau wil tillen en op zoek is naar eenvoudige manieren om het polyvagale effect met cliënten te delen.

Deb Dana (LCSW, klinisch maatschappelijk werker) is er als therapeut en consultant in gespecialiseerd om mensen te helpen met het op veilige wijze onderzoeken en oplossen van de gevolgen van trauma. Ze ontwikkelde de trainingenreeks ‘Rhythm of Regulation’ en geeft internationaal les in het toepassen van deze op de polyvagaaltheorie gebaseerde therapeutische benadering. Ze is ook de auteur van ‘De polyvagaaltheorie in therapie: Basisboek’ en ‘De polyvagaaltheorie in therapie: Flipover’.

De polyvagaaltheorie in therapie – Basisboek  Het ritme van regulatie

“De taak van het autonome zenuwstelsel is om ervoor te zorgen dat we overleven op momenten van gevaar en opbloeien in tijden van veiligheid. Om te kunnen overleven, moeten we bedreigingen kunnen herkennen en moet er een overlevingsrespons worden geactiveerd. Voor opbloeien is precies het tegenovergestelde nodig – het afremmen van de overlevingsrespons, zodat sociale betrokkenheid mogelijk wordt. Als we dit vermogen tot activering, remming en flexibiliteit van reageren niet hebben, maakt dat ons leven zwaar.”
– Deb Dana

Door de polyvagaaltheorie van Stephen Porges hebben we meer inzicht gekregen in de veranderingen die traumatische ervaringen teweegbrengen in het autonome zenuwstelsel, en waarom mensen na zo’n ervaring zo moeilijk terugkeren naar een toestand van rust en vertrouwen. Dit boek geeft therapeuten handvatten om dit inzicht te integreren in hun therapeutische werk. Om te beginnen worden de basisprincipes van de polyvagaaltheorie uitgelegd in een taal die toegankelijk is voor zowel therapeuten als cliënten. Vervolgens worden er methoden aangereikt – waarbij wordt gewerkt met werkbladen, oefeningen en meditaties – om cliënten te helpen om vanuit toestanden van mobilisatie, immobilisatie en ineenstorting de weg terug te vinden naar veiligheid en verbinding.

Een belangrijk onderdeel van het praktische werk is het in kaart brengen van responspatronen, waardoor cliënten zich bewust worden van de verschillende toestanden en daarmee gepaard gaande reacties van hun autonome zenuwstelsel. Met behulp van oefeningen die speciaal zijn ontwikkeld om het regulerende vermogen van het ventrale vagale systeem te activeren, kunnen zij vervolgens stap voor stap de ingesleten patronen in hun zenuwstelsel vervangen door nieuwe, meer adaptieve patronen, hun zelfregulatie vergroten en hun sociale-betrokkenheidssysteem op adequate wijze gaan inzetten terwijl ze zich verhouden tot de mensen en wereld om hen heen. Zo kunnen mensen met een traumageschiedenis leren om opnieuw vorm te geven aan hun autonome zenuwstelsel en een nieuw verhaal over zichzelf en hun verleden gaan creëren.

Deb Dana (LCSW, klinisch maatschappelijk werker) is er als therapeut en consultant in gespecialiseerd om mensen te helpen met het op veilige wijze onderzoeken en oplossen van de gevolgen van trauma. Ze ontwikkelde de trainingenreeks ‘Rhythm of Regulation’ en geeft internationaal les in het toepassen van deze op de polyvagaaltheorie gebaseerde therapeutische benadering. Ze is ook de auteur van ‘De polyvagaaltheorie in therapie: 50 oefeningen voor cliënten’ en ‘De polyvagaaltheorie in therapie: Flipover’.

“In haar boek vertaalt Deb Dana op briljante wijze een neurobiologisch onderbouwde theorie naar de klinische praktijk, waardoor de polyvagale benadering werkelijk tot leven komt.”
– Stephen W. Porges

De polyvagaaltheorie in therapie – Flipover  Inzicht in de wetenschap van veiligheid

Als cliënten vastzitten in de cognitieve beleving van hun verhaal, helpt de uitleg van de polyvagaaltheorie ze om hun aandacht te verleggen naar hun autonome ervaring. Ze kunnen zich zo bewust worden van de belangrijke rol die biologie speelt bij wat ze ervaren. Het kan echter lastig zijn om deze theorie helder uiteen te zetten.

Deze flipover biedt therapeuten een visueel hulpmiddel om de polyvagaaltheorie aan cliënten uit te leggen tijdens de sessies.

De flipover kun je gebruiken om:
– cliënten te herinneren aan de manier waarop het autonome zenuwstelsel is gevormd en een actieve functie heeft in hun ervaring van het dagelijks leven,
– bladzijden te laten zien die passend zijn voor het huidige moment en zo de ervaring te koppelen aan de theorie,
– een illustratie van de hiërarchie van de autonome responsen bij de hand te houden terwijl er wordt gewerkt met de gebruikelijke responspatronen van de cliënt,
– cliënten te helpen hun eigen emotionele reacties en de invloed van hun autonome zenuwstelsel op hun leven te begrijpen.

Deze flipover maakt van het geven van psycho-educatie een interactieve bezigheid en helpt je om je comfortabel te voelen terwijl je ‘in het moment’ met je cliënten werkt. Je kunt erop vertrouwen dat je de polyvagaaltheorie met de flipover op een juiste en duidelijke manier overbrengt.

De flipover is iets groter dan A4-formaat. De werkbladen kunnen met whiteboardmarkers worden beschreven.

Wie ben ik in een getraumatiseerde en traumatiserende samenleving? Hoe dader-slachtofferdynamieken ons leven bepalen en wij ons hieruit kunnen bevrijden

In dit boek prikkelt traumadeskundige Franz Ruppert de lezer met de indringende vraag hoe het mogelijk is dat de eindeloze vicieuze cirkel van psychische pijn en geweld zichzelf in stand blijft houden. Op basis van zijn wereldwijde therapeutische werk komt hij tot de conclusie dat de onopgeloste dader-slachtofferdynamieken in een mens zelf en tussen mensen onderling steeds nieuwe daders en slachtoffers veroorzaken.

Volwassenen die als kind niet welkom waren en niet tegen geweld zijn beschermd, herhalen hun traumatische ervaringen vaak met hun kinderen en in andere relaties. Een kind dat aanvoelt dat het niet gewild is, raakt onvermijdelijk beschadigd in zijn identiteit. De ervaring wordt opgeslagen in het lichaamsgeheugen en de bodem is gelegd voor verdere traumatisering, dikwijls eindigend in het eigen daderschap, dat zowel voor zichzelf als anderen traumatiserend is.

Ruppert maakt inzichtelijk dat door deze dader-slachtofferdynamiek van individuele leden de vicieuze cirkel van geweld zich steeds verder uitbreidt en een gemeenschap getraumatiseerd raakt. Hele samenlevingen kunnen op deze manier doordrongen zijn van trauma en openlijk of verborgen geweld uitoefenen, met vergaande gevolgen voor politiek, economie, klimaat, gezondheid en wereldvrede.

De belangrijkste vraag is echter: wie ben ík in een samenleving die getraumatiseerd is en met haar dader-slachtofferdynamieken mij en anderen traumatiseert? Niemand van ons kan ‘de wereld’ redden. Wel kunnen we onze eigen slachtoffer- en daderhoudingen gaan doorzien en vanuit onze ware identiteit gaan leven, en zo bijdragen aan een zo traumavrij mogelijke samenleving.

Dr. Franz Ruppert is docent psychologie aan de Katholische Stiftungshochschule in München en is werkzaam als vrijgevestigd psychotherapeut. De door hem ontwikkelde identiteitgeoriënteerde psychotraumatheorie en -therapie (IoPT) geniet internationale bekendheid. Hij geeft seminars over de gehele wereld, waaronder jaarlijks in Nederland en België. Zijn talrijke boeken over psychotrauma zijn in vele talen vertaald.

Het helen van de moederwond  Ontdek je innerlijke moeder

‘Het helen van de moederwond’ onderzoekt de persoonlijke, culturele en wereldwijde gevolgen van intergenerationeel trauma. Het laat zien hoe het van moeder op dochter wordt doorgegeven en hoe we deze destructieve cyclus kunnen doorbreken.

Bethany Webster achterhaalt in dit grensverleggende boek de oorsprong van het trauma van vrouwen. Ze noemt het de moederwond: de systemische onderdrukking en inperking van vrouwen door het patriarchaat. Webster laat zien hoe deze cyclus door verwonde moeders wordt voortgezet, doordat ze onbewust schadelijke overtuigingen en gewoonten aan hun dochter doorgeven en haar niet de veiligheid en ondersteuning kunnen bieden waarbinnen ze haar individualiteit kan ontwikkelen. Het gevolg is dat vrouwen zichzelf klein houden, zich op persoonlijk en professioneel vlak tegengehouden voelen en problemen in relaties ondervinden.

Webster heeft al talloze vrouwen geholpen om hun leven en de relatie met hun moeder te onderzoeken. Ze ondersteunt hen om hun pijn onder woorden te brengen en moedigt hen aan hun ervaringen te delen. In dit boek biedt Webster praktische handvatten aan om na te gaan op welke manier de moederwond in je dagelijks leven tot uiting komt en reikt ze strategieën aan om te helen. Ze geeft stapsgewijs advies om weer in verbinding te komen met je innerlijke kind, te rouwen om de moeder die je nooit hebt gehad en te stoppen met het anderen voortdurend naar de zin te maken, zodat je je pijn en woede uiteindelijk kunt omzetten in heling en zelfliefde.

Bethany Webster is coach en mentor. Ze geeft over de hele wereld lezingen en workshops en biedt online cursussen aan. Met het bespreekbaar maken van hoe de moederwond in het leven van vrouwen tot uiting komt, vult ze een wezenlijk hiaat op in ons begrip van de psychologie en de empowerment van vrouwen. Tientallen jaren onderzoek en Websters eigen helende reis hebben tot haar boek geleid, waarin ze toonaangevend onderzoek naar intergenerationeel trauma, een feministisch perspectief en psychologische kennis combineert met haar eigen verhaal.

Mind  Een reis naar de essentie van ons mens-zijn

De verkenningstocht van een onderzoeker door de mysteries rond de menselijke geest.

Wat is de geest? Waaruit bestaat de ervaring van onszelf nu werkelijk? Waarin onderscheidt de geest zich van de hersenen? De inhoud van de geest – emoties, gedachten en herinneringen – wordt vaak genoeg beschreven, maar de essentie ervan wordt zelden of nooit gedefinieerd.

De beroemde neuropsychiater en schrijver van wereldwijde bestsellers dr. Daniel J. Siegel zet in dit boek zijn kenmerkende sensitiviteit en multidisciplinaire achtergrond in om een definitie van de geest te formuleren die licht werpt op het hoe, wat, wanneer, waar en zelfs waarom en wie wij zijn, waarbij hij tegelijkertijd uiteenzet wat het ik van de geest in potentie kan worden. Hij voert de lezer mee op een diepgaande, persoonlijke en wetenschappelijke reis naar bewustzijn, subjectieve ervaringen en informatieverwerking, en legt de zelforganiserende eigenschappen van de geest bloot die naar voren komen in zowel ons lichaam als in de relaties die wij met elkaar en met de wereld om ons heen onderhouden.

In dit boek wordt een heel scala aan wetenschappen toegankelijk en spannend gemaakt – van neurobiologie tot kwantumfysica, en van antropologie tot psychologie. Bovendien wordt een aantal van de meest dringende persoonlijke en mondiale vraagstukken over identiteit, verbintenissen en het cultiveren van welzijn in ons leven aan de orde gesteld.

Dr. Daniel J. Siegel is professor in de klinische psychiatrie aan de medische faculteit van de UCLA, medeoprichter en -directeur van het Mindful Awareness Research Center van de UCLA en oprichter en mede-onderzoeker van het Center for Culture, Brain, and Development van de UCLA. Tevens is hij directeur van het Mindsight Institute, een onderwijscentrum dat zich inzet voor het bevorderen van inzicht, compassie en empathie bij individuele personen, gezinnen, organisaties en gemeenschappen. Daniel Siegel heeft lezingen gegeven voor de koning van Thailand, paus Johannes Paulus II, Zijne Heiligheid de dalai lama, Google University en TEDx.

Bestaansrecht  Licht op de verdrongen historie die wij nog in ons dragen

Maarten A.Oversier (1962) schreef met Bestaansrecht zijn eerste boek. Een boek waarin hij de verhalen vertelt van cliënten die bij hem in zijn therapie-praktijk voor sessies kwamen. Ruim 25 jaar werkt Maarten in dit werkveld, na een carrière-switch. Van chef-top-kok in diverse hotels werd hij een spiritueel therapeut, die zich ging bezighouden met reïncarnatie, regressie en voorouderheling. Hij doet dit in Nederland in zijn eigen praktijk, maar ook in Canada, waar hij zich nauw verbonden voelt met de indianen. Hij leidt mensen op in deze therapievorm en geeft regelmatig lezingen en interviews. 
Door de meeslepende, beeldende en verhalende manier van schrijven neemt Maarten de lezer mee in de vaak hartverscheurende ervaringen en belevenissen van zijn cliënten.

Aangrijpende levensverhalen en stervensmomenten van voorgaande generaties, die hun impact hebben op de persoon die op dat moment bij Maarten in de stoel zit, komen voorbij. Onverwerkte emoties kunnen blijven ‘hangen’ en doorgegeven worden (onder andere via het DNA), met name aan nazaten, die daarvoor open staan. De ondertitel van het boek luidt dan ook: ‘Licht op de verdrongen historie die wij nog in ons dragen.’ Deze verborgen wonden kunnen echter helen, hij legt uit hoe dat werkt: 

‘Het alsnog voleindigen van een voorbij menselijk leven gaat in de praktijk samen met een intensief herbeleven van een toenmalig doodgaan. Dit is een uitermate belangrijk aandachtsgebied van reïncarnatietherapie, omdat veel aspecten van een vorig leven niet goed konden worden afgerond. – Het herbeleven biedt de mogelijkheid veel van de verwarring alsnog opgehelderd te krijgen en naar het bewustzijn te brengen. In wezen een soort ultieme nazorg voor de ziel.’

Door te lezen over de familie-verhalen van anderen en de uitwerking daarvan in het nu, verkrijgt de lezer inzicht. Dit lezen kan al aan het denken en voelen zetten over de eigen familiegeschiedenis en de thema’s die spelen en speelden. Maar ook geeft het de therapeut of transformatiecoach informatie over deze manier van werken.
Maarten maakt het breder dan alleen deze familiethema’s. Hij beschrijft dat hij in de meer dan 15.000 sessies die hij mocht doen, ontdekte dat er 3 hoofdgebieden zijn waar veel traumatische ervaringen in (vorige) levens mee samen hangen: de verdrongen ervaringen van (voor-)ouders, de ellende voortgekomen uit 2 wereldoorlogen en de twijfelachtige en machtige invloed van de katholieke kerk. Hij legt de link naar de huidige pandemie en de impact die deze op huidige en toekomstige generaties zal hebben. Ook geeft hij zijn visie op de machtssystemen die hier op de achtergrond een rol in spelen. 

In deze tijd, van groeiend bewustzijn, wordt de mogelijkheid geboden om de oude trauma’s alsnog te verwerken, de ongevoelde emoties te beleven en geheimen uit te spreken. De oude ervaringen die langskomen, die een heftige doorbraak of keerpunt in iemands leven teweegbrachten, zorgen voor inzichten bij de huidige generatie. (Voorouder-)healing op deze thema’s kan zorgen voor meer rust in een familielijn.

Dit boek is een ‘must-read voor iedere coach of therapeut die met deze thema’s werkt en geeft daar uitgebreide informatie over. Ook voor andere lezers, die nieuwsgierig zijn naar hun voorgeschiedenis en de impact daarvan op hun huidige leven en dat van hun kinderen, is het een verhelderend boek.

 

 

Trauma en ouderschap

Ouders die als kind zijn getraumatiseerd door verwaarlozing, mishandeling of misbruik traumatiseren vaak – ongewild en onbewust – ook hun kinderen. Hoewel deze ouders toegewijd zijn aan hun kinderen en ze de best mogelijke start in het leven willen bieden, lukt dat vaak niet vanwege hun eigen psychische wonden. Het doel van de methode die in dit boek wordt aangereikt, is om de schadelijke intergenerationele gevolgen van trauma te voorkomen door ouders te helpen hun traumatische klachten beter te begrijpen en nieuwe manieren te vinden om met die klachten om te gaan. Gaandeweg gaan ze hun triggers beter herkennen, leren ze deze op te vangen en vergroten ze hun vermogen om beter voor zichzelf te zorgen, zodat ze een warme en veilige relatie met hun kinderen kunnen ontwikkelen. De uitleg van de theorie wordt gecombineerd met een diepgaande verkenning van verschillende emoties, waarbij de focus afwisselend ligt op de ouder, het kind en de interactie tussen hen. De methode is aanvankelijk ontwikkeld om in een groepssetting toe te passen. In een inleidend en afsluitend hoofdstuk wordt uitgewerkt hoe een groepstraining op basis van dit model kan worden opgezet. De kern van het boek wordt gevormd door 24 hoofdstukken waarin de verschillende onderwerpen worden besproken, en die zowel geschikt zijn om in een groepstraining als individuele therapie te gebruiken. Elk onderwerp gaat vergezeld van oefeningen en taken om de individuele cliënt aan te sporen tot ervaringsgerichte reflectie. De auteurs hebben gezamenlijk het project ‘Ernstig trauma en ouderschap’ begeleid in de periode van 2012 tot 2016 in het Trauma Centre Finland in Helsinki en Oulu. Voortbordurend op dit project schreven zij gezamenlijk het boek ‘Trauma en ouderschap’. Ze zijn allen vanuit hun eigen achtergrond binnen de geestelijke gezondheidszorg zeer betrokken bij het voorkomen van intergenerationele overdracht van trauma en het ontwikkelen van therapieën voor getraumatiseerde ouders.