Wat maakt dat het glas bij de één halfvol is en bij de ander half leeg? Het heeft te maken met hoe jij tegen de wereld aankijkt. Hoe heb jij het leven aangetroffen? Was je welkom? Was er voldoende aandacht en liefde? Konden jouw ouders er voldoende voor je zijn? Waar is hun leven ooit gestopt? Wat was voor hen hiervoor de reden? Wat zijn de verhalen in jouw familiegeschiedenis? De antwoorden op deze vragen hebben vaak invloed gehad op hoe jij tegen het leven aankijkt.
Probeer je alles van de positieve kant te bekijken en te relativeren of haal je vaak de negatieve kant naar voren van een situatie. Durf je te kijken naar het verdriet wat er was en kun je ook lachen om hoe het was. Kun je accepteren wat er niet was? Datgene wat je als kind zo hebt gemist en nu in je leven zo mee worstelt. Het bewegen in de dualiteit van het leven is een levenskunst. Het vraagt om zelfreflectie en persoonlijk leiderschap.
Leren omgaan met je verschillende gevoelens van verdriet en boosheid. Mag alles er zijn en durf je het toe te laten? Of slik je deze gevoelens steeds weer in? Als je niet geleerd hebt om met deze gevoelen om te gaan, dan stapelen deze gevoelens zich op en krijg je als het ware stapeltjes verdriet of boosheid. Dat is jammer, want je krijgt meer stress in je lijf. Gevoelens van gejaagdheid en onrust. Welke gedachten heb je bij deze gevoelens? Rationaliseer je de gevoelens? Word je er neerslachtig van? Versterken de gedachten je stress? De gevoelens kunnen dan in een bepaalde situatie getriggerd worden en er als een explosie uitkomen. Het is dan niet altijd in die volheid realistisch aan de situatie waarin jij je op dat moment bevindt. We spreken dan ook meestal van emoties, een opeenstapeling van gevoelens die namelijk gekoppeld zijn aan een eerdere situatie. De emoties worden dan als het ware een ongeleid projectiel. Voor jezelf en de contacten die je hebt met de mensen is het beter dat je de emoties wat kunt reguleren. Dat je leert waar de emoties vandaan komen en wat de verwarring brengt in bepaalde situaties, dat toen niet nu is.
Als jouw glas wijn half vol is, dan is er genoeg voor jou. Als je kunt denken in kansen en mogelijkheden, dan weet je dat er altijd iets komt in welke vorm dan ook. Als jouw glas wijn halfleeg is, dan is er te weinig voor jou. Het denken is meer gebaseerd op beperkingen en onmogelijkheden. De gedachten zetten je vast en geven een ongemakkelijk gevoel.
Als je vrede kunt hebben met jezelf, dan kun je Zijn wie je bent. Je kunt milder kijken naar de verschillende situaties en momenten in het leven die je tegenkomt. Je kunt genieten van wat er wel is voor jou. En je glas is altijd halfvol!
